Elektrocardiogram (ECG)
Een ECG is een hartfilmpje dat de elektrische signalen van het hart in een grafiek weergeeft. Er wordt een ECG gemaakt indien je last heeft van pijn op de borst. Ook hartritmestoornissen, hartfalen, een hoge bloeddruk en het gebruik van bepaalde medicatie kunnen redenen zijn om een ECG te maken. Niet alle pijn op de borst wordt door het hart veroorzaakt. Wanneer de arts duidelijke aanwijzingen heeft voor een andere oorzaak, is een ECG niet nodig.
Tijdens het onderzoek krijgt je tien elektroden op de huid geplakt, die verbonden worden met het ECG-apparaat. Je moet stil blijven liggen om geen storingen in de grafiek te krijgen. Vervolgens is het ECG binnen een paar minuten klaar en kunnen de elektroden weer verwijderd worden.
Aan het ECG kan de arts zien of er afwijkingen zijn in je hartritme, de grootte van je hart en of je een hartinfarct heeft doorgemaakt. Niet alle afwijkingen aan het hart zijn zichtbaar op een ECG. Sommige afwijkingen komen alleen aan het licht tijdens een inspanningstest. Ook kan het zijn dat er een aanvullend onderzoek in het ziekenhuis nodig is om een afwijking nauwkeuriger vast te kunnen stellen.